Deze biologische boer is een voorbeeld voor anderen

Deze boer teelt al twintig jaar biologisch, maar wat komt daar bij kijken?
De afgelopen jaren is het aantal biologische landbouwbedrijven nauwelijks gegroeid, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. "Het verbaast mij enigszins wel dat het in Zeeland stabiel blijft. Als je ziet wat er in de rest van het land en in Europa gebeurt op dat gebied. De consumptie van biologische producten neemt ook al jaren toe", zegt Hans Quist.
Minder opbrengst, maar hogere prijs
Begin jaren negentig volgde Quist een cursus met een aantal andere boeren uit de buurt. Een deel ervan stapte over op biologische landbouw en Quist deed mee. "In het begin is het zeker even zoeken en wennen. We hebben meestal lagere opbrengsten dan de gangbare boeren, maar daar staat ook een hogere prijs tegenover", zegt Quist.
Je bent continu bezig in strijd met de natuur. Het prettige aan biologische landbouw is dat je samenwerkt met de natuur.
De verschillen tussen traditionele landbouw en de biologische landbouw zijn groot. Kijk bijvoorbeeld naar bestrijdingsmiddelen. Biologische boeren spuiten niet met chemicaliën tegen bijvoorbeeld onkruid of beestjes. Maar ze verbouwen ook andere gewassen. "Luzerne bijvoorbeeld zul je niet snel bij een gewone boer tegenkomen. Het zorgt voor een goede vruchtbaarheid van de bodem en werkt goed als onkruidonderdrukking."
Het bespuiten van gewassen ging hem tegen staan
Veertien jaar lang was hij gangbare boer, maar het bespuiten van de gewassen ging hem steeds meer tegenstaan. "Je bent continu bezig in strijd met de natuur. Het prettige aan biologische landbouw is dat je samenwerkt met de natuur. Is het droog? Dan pas je daar je strategie op aan. Maar de keuze voor bepaalde rassen en hoe je die in de grond zet, is ook belangrijk", zegt hij.

Samenwerken met andere biologische boeren noemt Quist als groot voordeel. "Je kunt van elkaar leren, maar ook machines delen. Om het onkruid te bestrijden heb je er al een aantal nodig. Als je die kunt delen, scheelt dat in de kosten. Maar je kunt ook samen kijken naar afnemers van de producten", zegt hij.
'Zonder koeling gaan ze kiemen'
In zijn gekoelde opslag liggen nog vier vrachtwagens vol aardappelen. "Zonder goede koeling gaan ze kiemen. Omdat ik de mogelijkheid heb om ze te koelen, wordt dit laatste deel later opgehaald. Ook daar krijg ik dan weer een vergoeding voor."
De aardappelen in de opslag zien er overigens net zo uit als bij alle andere boeren. "Alleen ik weet zeker dat deze niet bespoten zijn", glimlacht Quist.