Marie-Cécile Moerdijk: 'Ik wil altijd Zeeuws blijven'

De Zeeuwse platen van de merrie van Zuiddorpe
Moerdijk werd in 1929 in Zuiddorpe geboren en bracht haar jeugd in Zeeuws-Vlaanderen door. Ze volgde muzieklessen in Nederland, Oostenrijk en Venezuela. Ze had een bereik van meer dan vier octaven, waarmee ze vele stijlen muziek zong. Ze werkte onder meer voor radio en tv. Ook bracht ze meerdere boeken uit. Haar laatste boek met verhalen, 'Kloffers en stekskes', verscheen kort geleden.

Het appartement van Moerdijk in het voormalige klooster Mariëngaarde, dat nu een rusthuis voor kunstenaars is, staat vol met boeken. Ze kwam er bij het opruimen achter dat ze ook nog een aantal platen bezat met alleen Zeeuwse liedjes en verhalen.
Met een meegebrachte platenspeler luisteren we nog een keer naar de liedjes. Moerdijk's ogen glimmen als ze 'Den boer zijn uis es afgebrand' hoort en glinsteren als ze haar vader 'Het Moederhert' hoort voordragen: "Als ik zijn stem hoor, dan hou ik het niet droog." En ook het Zeeuws-Vlaamse volkslied laat haar niet onberoerd: "Tsja, wat een prachtige taal." Twee exemplaren van 'Zeeuws-Vlaanderen zingt, speelt en vertelt', wil ze graag terug laten keren naar Zeeland.
Zeeuwse merrie Cécile
Ook al ging ze de wereld rond, ze zegt dat ze altijd een Zeeuwse wil blijven. Wat haar betreft zal ze herinnerd moeten worden als dat meisje uit Zuiddorpe dat 'de Zeeuwse merrie Cécile'werd genoemd.
