Oud-topman Zomer verdacht van gesjoemel wachtgeld

VLISSINGEN - In februari 2009 werd hij plotseling op straat gezet door de toenmalige Raad van Toezicht van het ziekenhuis. Zijn salaris werd zes maanden doorbetaald, dit kostte het ziekenhuis 187.000 euro.

Daarnaast kon Zomer, zolang hij geen andere baan had, een aantal jaren aanspraak maken op wachtgeld. De kosten zouden daardoor voor het ziekenhuis kunnen oplopen tot ruim een half miljoen.

Jaarsalaris

Begin 2010 kon Zomer, naar eigen zeggen tegen een jaarsalaris van 'slechts' 40.000 euro, gaan werken bij een Brits bedrijf. Maar de ex-bestuurder zei destijds te verwachten dat zijn inkomen zou stijgen. Het ziekenhuis bleef zijn salaris daarom aanvullen.

Eind 2010 werd Zomer bij een Nederlandse onderneming gedetacheerd, die hem vervolgens plaatste als interim-topman bij zorgorganisatie Magentazorg. Toen Zomer vervolgens liet weten dat er ‘geen wijzigingen’ in zijn arbeidsovereenkomst waren, werd het ziekenhuis wantrouwend.

Omdat Zomer onvoldoende opheldering verschafte aan het ADRZ, draaide het ziekenhuis in oktober 2010 de geldkraan dicht.

Conflict

Zomer dwong vervolgens echter bij het Scheidsgerecht Gezondheidszorg af, dat het ziekenhuis de betalingen weer hervatte. Hoewel het scheidsgerecht, dat bemiddelt bij conflicten tussen zorginstellingen en werknemers, begrip had voor het wantrouwen van het ziekenhuis, oordeelde het dat er geen concrete bewijzen zijn dat Zomer meer inkomen heeft dan hij opgeeft.

Volgens bestuursvoorzitter Huybert van Eck beraadt het Admiraal de Ruyter Ziekenhuis, dat kampt met een zwakke financiële positie, zich op vervolgstappen. ‘Maar dat is iets dat zich in de boezem van de organisatie afspeelt. Dit is een dispuut tussen de heer Zomer en het ziekenhuis. Het is niet de geëigende weg om daar in de media uitspraken over te doen.’

Rechtszaak

Ook toezichthoudster Montfrans-Hartman wil niet inhoudelijk op de zaak ingaan, maar bevestigt dat het ziekenhuis een gang naar de rechter overweegt. ‘Dat is een optie.’ Ook Zomers advocaat, Jan Verwiel, bevestigt dat er nog vervolgstappen mogelijk zijn. ‘Het ziekenhuis zou bijvoorbeeld nog een bodemprocedure kunnen beginnen.’

Zomer onthoudt zich van commentaar. ‘Er is niets aan de hand. Ik heb hier geen enkele betrokkenheid bij.’