Steeds minder Zeeuws dialect, maar 'k bin d'r groôs op'

Steeds minder Zeeuws dialect, maar 'k bin d'r groôs op'
Steeds minder Zeeuws dialect, maar 'k bin d'r groôs op' © Hans de Bot
Jongens uit Westkapelle houden het Wasschappels dialect erin
27 procent van de Zeeuwse ouders kiest er voor om hun kind(eren) met Zeeuws dialect op te voeden. In 2013 was dit nog 31 procent en in 2005 zelfs 44 procent. Volgens de streektaaldeskundige Veronique De Tier zal het nog wel even duren voordat de Zeeuwse taal volledig uit de provincie is verdwenen. "Klanken als 'ie' en 'oe' zullen er voorlopig nog wel even in blijven zitten. Maar ik denk dat over ongeveer honderd jaar het échte Zeeuwse dialect verdwenen is", aldus De Tier.

Wereldburgers

Volgens De Tier een logische ontwikkeling. "In de jaren vijftig en zestig waren we nog niet zulke wereldburgers als nu. We gaan nu op verre reizen, gaan studeren in steden buiten onze provincie en maken gebruik van internet en televisie. Op die manier komen we heel makkelijk in contact met mensen buiten Zeeland. Je past je aan zodat ook mensen die jouw dialect niet spreken jou kunnen verstaan en dan kom je uit op het ABN."

Vooroordelen

Maar de geleidelijke verdwijning van het Zeeuws dialect heeft nóg een oorzaak. "Bij een sollicitatiegesprek zou het praten van dialect tegen je kunnen werken. Het vooroordeel is vaak: 'jij praat dialect, dus jij bent dom of achterlijk', terwijl dit helemaal niet zo hoeft te zijn. Dit is een vooroordeel van vroeger. Sprak je geen Algemeen Beschaafd Nederlands; dan was je de provincie niet uit geweest om te gaan studeren", aldus De Tier.
Voorleesboekjes in het Zeeuws dialect
Voorleesboekjes in het Zeeuws dialect © Omroep Zeeland
Ivan Gabriëlse vindt het jammer dat niet iedereen van zijn leeftijd in Westkapelle nog 'Wasschappels' spreekt. "Er komen nu heel veel mensen van buitenaf in het dorp wonen, dus je merkt echt dat niet iedereen meer de taal spreekt. Ik vind het echt zonde, ik ben er mee opgevoed en dialect is iets om trots op te zijn, het is iets van je voorouders en je moet dat in standhouden. Het Zeeuws en het Wasschappels moeten blijven."

'k bin d'r groôs op

Goede vriend Jorran kan zich niet voorstellen dat zijn kinderen of kleinkinderen misschien wel geen dialect meer spreken. "Ik ben thuis opgevoed met het Wasschappels", vertelt hij. "Soms floepte ik er thuis wel eens 'u' tussendoor omdat je dat natuurlijk op school gewend bent, maar dan zeiden mijn ouders: 'U? Wie is dat? Ga je mond maar spoelen. Ik ben gewoon jie!'. Ik ben geleerd om trots te zijn op mijn dialect: 'k bin d'r groôs op."

Lees ook: