Scout Piet de Visser (85) haalde als 9-jarige al de beste voetballertjes naar zijn straat met een zak appels

Hij is 85 jaar oud en tot voor de coronacrisis was hij nog altijd over de hele wereld te vinden. Piet de Visser, geboren in Oost-Souburg, struint al zijn hele leven stadions en trainingsvelden in Zuid-Amerika en Afrika af om de beste voetbaltalenten te ontdekken. Een portret van een bevlogen man met een enorme passie voor de voetbalsport.
Scout Piet de Visser (85) haalde als 9-jarige al de beste voetballertjes naar zijn straat met een zak appels
Een jaar of 9 is De Visser als hij met zijn vriendjes op straat voetbalt. "Ik zorgde ervoor dat ik altijd won door de beste spelers uit de omliggende straten naar mijn team te halen", vertelt De Visser aan zijn keukentafel in het Brabantse Oisterwijk. "Ik beloonde ze dan met een zak appels, die ik van mijn vader meebracht die grossier in groente en fruit was." Het zijn de eerste contouren van een carrière die De Visser zal brengen tot alle uithoeken van de wereld.
Toch begint De Visser niet als scout, maar als trainer in de voetbalwereld. Onder meer De Graafschap, NEC, Willem II en NAC Breda heeft hij tussen 1970 en 1990 onder zijn hoede. Door hartproblemen - hij moest vijf bypasses laten zetten - moet De Visser van de artsen in 1992 stoppen met trainen. "Ik werd gek. Ik heb mijn auto gepakt en ben gaan rijden. Ik wilde weg, naar Afrika."

Het omkeerpunt

Maar Afrika haalt De Visser niet, hij stopt in Frankrijk bij een jeugdtoernooi en ziet daar in een Braziliaans jeugdelftal Ronaldo voetballen. "Ik wist niet wat ik zag, 17 jaar. Wat kon die voetballen. Door hem werd ik helemaal bezeten van het scouten. Ik wilde meer van dit soort spelers zien."
Ronaldo, die De Visser naar PSV haalde, in actie tegen Feyenoord
Ronaldo, die De Visser naar PSV haalde, in actie tegen Feyenoord © ANP
Bij PSV kreeg hij de kans om aan zijn scoutingsnetwerk te bouwen. Dat was in het begin niet makkelijk. "Vroeger ging ik op de bonnefooi. Zat ik meer dan 1000 kilometer in een taxi om talenten te ontdekken. Het was een heksenketel." Maar De Visser weet steeds beter zijn draai te vinden, ontmoet veel mensen en ontdekt talenten.
Brandhout, zei ik. Toen schrokken de mensen! Ze zeiden dat ik zo niet tegen de baas mocht praten.
Piet de Visser, voetbalscout
Dan valt zijn naam bij het Engelse Chelsea dat net is overgenomen door de steenrijke miljardair Roman Abramovitsj. "Via via nodigde hij mij uit voor een gesprek", zegt De Visser. "Ik mocht op zijn boot komen en werd meteen op de stoel van de kapitein gezet met al de bestuursleden van Chelsea." Abramovitsj vroeg de scout naar wat hij van zijn team vindt. "Brandhout, zei ik. Toen schrokken de mensen die er waren. Ze zeiden dat ik zo niet tegen de baas mocht praten."

Vertrouweling

Maar 'Mister Roman' zoals De Visser de Rus steevast noemt, waardeert de eerlijkheid van de geboren Zeeuw en hij wordt vertrouweling van Abramovitsj. "We bespraken allerlei voetballers en haalden in de jaren daarna allerlei topspelers naar Chelsea toe."
Een aantal spelers van de voetbalacademie in Afrika
Een aantal spelers van de voetbalacademie in Afrika © Omroep Zeeland
Naast zijn scoutingswerk richt De Visser in 2014 in Ghana een voetbalacademie op. Samen met zijn voetbalzoon Godwin Attram, die de voetbalschool in Accra leidt, geeft hij kansloze jongeren de kans om profvoetballer te worden. "Ik heb veel van mijn spaarcentjes in die academie gestoken om die kinderen een kans te geven. Zo krijgen ze drie keer per dag eten, maar laat ik ze ook drie keer per dag trainen."

Zeeland

Een paar weken per jaar komt De Visser nog naar Zeeland toe. "Mijn zus woont op de boulevard in Vlissingen en dan loop ik heerlijk over het strand." Op de vraag of De Visser het woord stoppen in zijn woordenboek heeft staan, antwoordt hij kort en duidelijk: "Nee, nee, nee, nee en nee."
Uiteraard is De Visser in de coronatijd ook aan zijn huis gebonden. De voetbalscout zit in de risicogroep. "Ik zit opgesloten in mijn eigen huisje. Het is zwaar." Toch is De Visser ervan overtuigd dat hij zich door deze periode heen gaat knokken. "Maar als het tot juni duurt, dan is de kans groot dat ik toch een keer ga uitbreken..."