Briedis Jeugdbeschermers is failliet verklaard

Briedis stond 75 Zeeuwse gezinnen bij en zij zijn dus getroffen door het faillissement dat volgde. Bij Briedis werden eerder tekortkomingen geconstateerd door de Inspectie die daarom de licentie introk.

Naar eigen zeggen maakte maakte de intrekking van dat certificaat het Briedis onmogelijk om cliënten te begeleiden. Vanwege de schuldenpositie van Briedis werd in eerste instantie uitstel van betaling aangevraagd, maar volgens de bewindsvoerder die het faillissement begeleidt, bood dat onvoldoende continuïteit.

Uitstel van betaling geeft namelijk geen bescherming tegen zogeheten preferente schulden, waarbij de schuldeisers voorrang en een hoger percentage krijgen bij uitbetaling, en het biedt ook geen vangnet voor de loonkosten. Daarom werd het uitstel van betaling omgezet in een faillissement.

"Met de 'waterscheiding' die het faillissement aanbrengt tussen de bestaande schuldpositie en de aan de zorgoverdracht verbonden kosten, is een beter perspectief gecreëerd voor de gecontroleerde zorgoverdracht van de jeugdbeschermingszaken", schrijft de bewindvoerder in een verklaring over het faillissement.

Eind vorig jaar besloten de Zeeuwse gemeenten te stoppen met het financieren van Intervence in Middelburg. Gezegd werd dat de jeugdbeschermingsinstelling te duur was en niet efficiënt genoeg werkte. Uiteindelijk zetten het ministerie en de inspectie een streep door de overname van Intervence door Briedis, Leger des Heils en de William Schrikker Stichting. Briedis zou volgens dat oude plan zo'n 450 zaken van Intervence overnemen.

De zorg van Intervence moet nog worden overgedragen. Inmiddels is Jeugdbeschermers west (JB west) uit Den Haag de belangrijkste gegadigde om Intervence over te nemen. Die organisatie heeft een plan gemaakt om bestuurlijk te fuseren met Intervence. Een meerderheid van de Zeeuwse gemeenteraden moet akkoord gaan met het plan van JB West. Verwacht wordt dat de dertien Zeeuwse gemeenten vandaag of morgen een besluit nemen over het fusieplan.