'Alle dossierstukken Hedwigepolder moeten boven tafel'

Het gaat om alle documenten waarin de beslissingen en afspraken staan die gemaakt zijn tussen de Belgische Staat, het Vlaams Gewest en de Nederlandse Staat. Volgens beide ministeries gaat het om in totaal 106 stukken. Daarin is alles beschreven omtrent het verdrag, de uitvoering van de ontpoldering en de verdeling van de Hedwigepolder. Maar advocaat Oudijk zegt aanwijzingen te hebben dat er meer stukken zijn.
Aanwijzing in kamerbrief
Tot nu toe heeft Oudijk 38 van de 106 stukken gekregen. De rest bleef geheim. Toch wil de advocaat uit Amsterdam koste wat kost ook die stukken en de stukken waarover niet gerept is in handen krijgen. "Wij hebben vandaag nogmaals voorgelegd dat wij aanwijzingen hebben dat er meer is. De aanwijzingen die wij hebben is onder andere een Kamerbrief uit 2005 waardoor wij denken dat er meer stukken zijn."
Beide ministeries bleven vandaag, net als bij de rechtszaak vorig jaar, bij hun standpunt dat er geen andere stukken zijn. Desalniettemin hoopt Oudijk dat de Raad van State daar niet in mee gaat. "Wij willen meer achtergrond over de ontpoldering en welke belangen daar precies mee gemoeid waren. Daar proberen wij de vinger achter te krijgen. Mede als het hele onteigeningsproces."
En dan gaat het over de voormalig eigenaar van de Hedwigepolder Gery De Cloedt. Het advocatenkantoor deed eerder zaken voor De Cloedt. Zelf wil hij niet meer met de media praten. Een kennis van De Cloedt zegt, na hem gesproken te hebben, dat de voormalig eigenaar van de polder niets van deze zaak af weet en er geen opdracht voor heeft gegeven. De advocaat laat echter weten dat De Cloedt "tot onze achterban behoort."

<p>Op 21 februari 2018 dient advocatenkantoor Houthoff namens De Cloedt een WOB-verzoek in bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat & het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit in. Beide ministeries weigerden alle stukken openbaar te maken. Het advocatenkantoor stapte daarom vorig jaar naar de rechter in Amsterdam. Die oordeelde dat de ministeries gehoor moeten geven aan het WOB-verzoek. Daar zijn ze het niet mee eens en daarom dient vandaag het hoger beroep.</p>
Beide ministeries voeren verder aan dat het geheimhouden van bepaalde stukken in het belang is van de betrekkingen tussen Nederland en andere staten en die met internationale organisaties. Ook zouden zij niet alle stukken vrij kunnen geven vanwege de wet op bescherming van persoonsgegevens.
Desondanks heeft advocaat Oudijk een goed gevoel over de zitting. "Al weet je nooit precies hoe er geoordeeld zal worden!" Over zes weken verwacht de Raad van State uitspraak te doen.