Minister: PFAS geen probleem bij ontpoldering Hedwigepolder
De hoge concentraties PFAS in de Westerschelde zitten het ontpolderen van de Hedwigepolder niet in de weg. Dat schrijft minister Barbara Visser (Infrastructuur en Waterstaat) in een brief aan de Tweede Kamer. Zij reageert daarmee op vragen van Chris Stoffer (SGP) van 24 juni.
Volgens de minister neemt de concentratie van PFAS bij meetpunt de Schaar van Ouden Doel juist af. "Dat komt doordat het gebruik van PFOS sinds 2011 geheel verboden is en het gebruik van PFOA vanaf 2020", schrijft de minister in haar brief. "De verwachting is dan ook dat de gevonden PFAS-concentraties verder zullen dalen."
PFAS is een verzamelnaam van chemische stoffen (poly- en perfluoralkylstoffen) die van nature niet in het milieu voorkomen. De stoffen worden onder andere gebruikt in antiaanbaklagen en brand- en vuilwerende stoffen. Deze stoffen worden al decennia gebruikt en zijn nauwelijks afbreekbaar. Van een aantal types PFAS is pas de laatste paar jaar bekend geworden dat zij bij langdurige blootstelling kankerverwekkend zijn en het immuunsysteem kunnen aantasten.
Naar verwachting stroomt eind 2022 of begin 2023 Westerscheldewater de Hedwigepolder binnen. "Tot die tijd zal de ontwikkeling van de PFAS-concentraties nauwlettend in de gaten worden gehouden", schrijft Visser.
Morgen debatteert de Kamercommissie over de PFAS-problematiek in de Westerschelde. Na de commissie heeft minister Visser nog een gesprek met minister Zuhal Demir, haar Vlaamse tegenhanger.
