Kinderkanker beïnvloedt nog altijd Priscilla's leven: 'Maar ik ben niet voor niets blijven leven'

Priscilla van Dijke-Veld uit Tholen kreeg als kind kanker. Ze genas, maar draagt de gevolgen van haar ziekte nog iedere dag met zich mee. Ze is onvruchtbaar en altijd moe: "Maar ik zou m'n ziekte nooit terug willen draaien. Ik ben erdoor geworden wie ik ben. Een beschadigde bloem in een grasveld hoeft niet per definitie een lelijke bloem te zijn."
Priscilla kreeg op vijfjarige leeftijd kanker en leeft nog altijd met de gevolgen daarvan
Op vijfjarige leeftijd kreeg Priscilla nierkanker, op haar zevende kreeg ze op verschillende plekken uitzaaiingen. "Ik werd behandeld in Rotterdam. Mijn ouders konden niet altijd bij mij blijven slapen omdat ik ook nog een zusje heb. Ik herinner me dat ik dan 's nachts reddeloos was zonder mijn moeder. Het eerste wat ik 's ochtends deed, was naar huis bellen om te vragen wanneer mijn ouders weer zouden komen."

Documentaire

In de documentaire Later van Annick Sickinghe en Sam van Zoest vertelt Priscilla over haar kinderkanker. In die documentaire spreken volwassenen die als kind kanker hebben gehad over de verwerking van hun ziekte. Ook komt de invloed die de kinderkanker nog altijd op hun leven heeft aan bod. De documentaire is tegen een vergoeding via deze link te bekijken.
In de jaren negentig werd er volgens Priscilla nog heel anders gedacht over kanker. "Het voelde soms als een besmettelijke ziekte. Ik zag er natuurlijk eng uit met mijn kale hoofd, dus ik had het gevoel dat andere kinderen me uit de weg gingen. Kinderen wisten toen ook veel minder goed wat kanker was. Er werd niet over gesproken."

Brandwonden van de bestraling

Ze vindt het dan ook een goede ontwikkeling dat kinderen tegenwoordig meer voorlichting krijgen over kanker en dat er betere begeleiding is voor kinderen met kanker. "Er heerst veel minder een taboe op. Nu vertellen artsen veel eerlijker wat de kinderen te wachten staat. In mijn tijd moest je vaak even de andere kant op kijken en dan kreeg je ineens een prik. Of ik kreeg brandwonden van de bestraling terwijl er van tevoren niet verteld was dat dat kon gebeuren."

Naar de hemel gaan

Ondanks haar zware ziekteproces is Priscilla nooit bang geweest voor de dood. Haar geloof bood haar daarbij veel steun. "Ik heb een groot geloof in de Here Jezus. Dat had ik als kind ook al. Mijn ouders vertelden me wel dat ik misschien dood zou gaan, maar ik heb me er altijd aan vastgehouden dat ik dan naar de hemel ga en dat mijn knuffel Jacobje dan met me mee zou gaan."
Priscilla van Dijke foto's van vroeger
Herinneringen uit de tijd dat Priscilla ziek was © Omroep Zeeland
Priscilla bleef leven, maar de gevolgen van haar kankerproces draagt ze nog iedere dag met zich mee. Zo heeft ze slechts één nier, een groot litteken op haar buik en zit ze al sinds haar veertiende in de overgang. "Het blijft altijd moeilijk dat ik nooit kinderen kan krijgen. Mijn eicellen zijn letterlijk dood bestraald. Het is lastig te accepteren dat ik nooit zal weten hoe een samensmelting van mij en mijn man Piet eruit ziet."
Ik heb er niet voor gekozen om als kind kanker te krijgen, maar je moet er wel mee dealen.
Priscilla van Dijke
Toch blijft ze positief in het leven staan: "Ik heb aan de rand van de dood gestaan en ben niet voor niets blijven leven. Daarom zie ik het als mijn levenstaak om positiviteit uit te dragen."

'Het leven is een strijd'

Die positiviteit wil ze ook overbrengen op haar kinderen. Want ondanks haar onvruchtbaarheid, heeft ze een groot gezin gesticht: "Onze oudste zoon is geadopteerd en we hebben drie pleegkinderen. Je kiest niet de plek uit waar je wieg staat of wat er gebeurt in je leven. Ik heb er ook niet voor gekozen om als kind kanker te krijgen, maar je moet er wel mee dealen. Dat breng ik ook over op mijn kinderen. Het leven is een strijd, maar die strijd mag er zijn. En we maken er altijd het beste van."
Priscilla van Dijke
Van elke dag probeert Priscilla iets positiefs te maken © Omroep Zeeland
Met dat grote gezin is een lang gekoesterde wens van Priscilla in vervulling gegaan. Als zevenjarig meisje vertelde ze aan haar moeder dat ze later een weeshuis in Afrika wilde stichten: "Dat weeshuis is er niet gekomen, maar wel een mooi gezinshuis hier in Nederland. En ik hoop dat we in de toekomst nog meer pleegkinderen een veilig thuis kunnen bieden."