Borsele stapt ‘met pijn in het hart’ uit Zeeuwse Muziekschool

De Zeeuwse Muziekschool is een gemeenschappelijke regeling, bijna alle gemeenten in de provincie leveren er een bijdrage aan. Alleen Vlissingen en Sluis niet, zij zijn in 2018 uit het project gestapt. Borsele lijkt nu de derde gemeente te gaan worden die de muziekschool verlaat.

Als de raad akkoord gaat met het voorstel, zullen de jeugdleerlingen zelf hun lesgeld moeten gaan betalen. En ook muziekverenigingen en scholen in Borsele moeten dan gaan betalen voor diensten die ze nu van de muziekschool afnemen. Niet dat Borsele ontevreden is over die diensten, integendeel.

"De Zeeuwse Muziekschool is heel actief," zegt Van de Plasse. "Het zet Zeeland cultureel goed op de kaart." Maar er moet ook simpelweg gesneden worden in de uitgaven. De muziekschool kost jaarlijks 109.000 euro. En da's veel geld voor een gemeente die ook de komende jaren nog heel strak de tering naar de nering zal moeten zetten.

Uit die gemeenschappelijke muziekschoolregeling stappen levert overigens niet meteen geld op. Volgens de regels kan Borsele er op z'n vroegst in 2024 uit. Daarnaast moet de gemeente dan nog een zogenoemde 'uittreedsom', zeg maar een soort boete betalen. Hoe hoog dat bedrag is, is nog niet bekend. Maar op basis van wat Sluis en Vlissingen bij hun vertrek op tafel hebben gelegd, houdt Borsele rekening met een bedrag van 650.000 euro. Streep daar een jaarlijkse bezuiniging van 109.000 euro tegen weg en het verlaten van het provinciale muziekschoolproject zal dan in 2030 daadwerkelijk geld gaan opleveren.

Wie het Borselse bestuur enigszins volgt, zal bekend zijn met de term 'kerntakenonderzoek'. Jaren terug liet de gemeente uitzoeken welke taken bij de gemeente horen en welke niet. Met andere woorden: waar kan de gemeente op bezuinigen? De Zeeuwse Muziekschool was een van de zaken die op de lijst kwam te staan. Het dagelijkse gemeentebestuur kreeg van de raad de opdracht uit te zoeken wat uittreding uit de Zeeuwse Muziekschool zou betekenen voor Borsele. En nu ligt er dus een voorstel.

Mocht de raad daar niet mee instemmen, dan moeten er alternatieven verzonnen worden om jaarlijks die 109.000 euro op te hoesten. Volgens het gemeentebestuur is dan de meest voor de hand liggende optie een stijging van de OZB met 1,5%. De gemeenteraad praat volgende week donderdag over de muziekschool.