Advies: Eet zo min mogelijk zelfgevangen producten uit de Westerschelde

Het RIVM adviseert na grondig onderzoek om zo min mogelijk vis, garnalen, oesters en mosselen uit de Westerschelde te eten. Op verzoek van de provincie Zeeland berekende het RIVM het gehalte PFAS, dat zijn vrijwel niet-afbreekbare chemicaliën, in eetbare producten. Zodat nu duidelijk is wat wel gegeten kan worden en hoeveel.
PFAS laboratorium
Omroep Zeeland deed al eerder onderzoek naar PFAS in vis © Omroep Zeeland
Een portie zelfgevangen bot uit de Westerschelde kan volgens het RIVM twee keer per jaar worden gegeten. Omdat de metingen PFAS in de andere gevangen vissen en schelpdieren verschillend waren, afhangende van de plek waar ze gevangen werden, geeft het RIVM een bandbreedte aan. Voor zeebaars is dat één tot zes keer en voor spiering twee tot vijftien keer. Een portie wijting kan vier tot negentien keer per jaar worden gegeten en een portie garnalen vijf tot zes keer.
Voor oesters en mosselen uit de Westerschelde is dit maximaal zeven keer per jaar tot twee keer per week. Wat betreft lamsoor is er beter nieuws; die zeegroente kunnen we in principe gewoon blijven eten. Maar desondanks adviseert GGD Zeeland om lamsoor toch met mate te eten, vanwege de andere vervuiling in de Westerschelde. Zeekraal is nog niet meegenomen omdat er te weinig monsters waren, inmiddels worden die nu wel onderzocht.
Lamsoren
Lamsoren mogen nog wel gegeten worden © oz
In november vorig jaar deed Omroep Zeeland zelf onderzoek naar gehalten PFAS in vis en kreeg als resultaat al verontrustend hoge waardes terug. Een dag daarna kondigde de provincie aan het RIVM opdracht te geven voor een onderzoek. De uitslagen zouden eigenlijk begin mei bekend zijn, maar door ziekte van medewerkers in laboratoria werd het een paar weken later.

Acht tot tien keer zo hoog als in de winkel

Eind februari kwam het RIVM wel met een tussenrapportage. Daarin werd geadviseerd dat zelfgevangen bot maar één keer per jaar gegeten mocht worden en garnalen twee keer. Dat advies is dus iets bijgesteld. Het RIVM zegt dat de vis en schelpdieren uit de Westerschelde acht tot tien keer zoveel PFAS bevatten dan dezelfde producten in de winkel die ergens anders gevangen zijn. Het RIVM wijst erop dat incidenteel een product uit de Westerschelde eten niet zozeer gevaar voor de gezondheid oplevert, maar dat langdurige blootstelling voorkomen moet worden.

Advies bloedonderzoek eind juni

GGD Zeeland heeft gewacht tot het voedselveiligheidsonderzoek van het RIVM klaar was om daarna te bepalen of en wanneer er een grootschalig bloedonderzoek komt voor mensen uit de Westerschelderegio. Volgens een woordvoerder van GGD Zeeland gaat een landelijke expertgroep, bestaande uit deskundigen op uiteenlopende vakgebieden, eind juni met een advies komen over de nut en noodzaak van een dergelijk onderzoek.