Homoseksualiteit nog steeds gevoelig in Zeeland blijkt tijdens debat Regenboogakkoord
Homoseksualiteit ligt nog steeds uiterst gevoelig in onze provincie. Dat bleek vanmiddag weer eens tijdens de behandeling van het Regenboogakkoord in Provinciale Staten. Twee moties, die positief waren voor de lhbtiq+-gemeenschap, werden met een grote meerderheid weggestemd. Uit de argumenten die Statenleden aanvoerden werd duidelijk hoe verschillend er wordt gedacht over dit onderwerp.

Kees van de Berge van de SGP beriep zich op de Bijbel waarin naastenliefde wordt verkondigd. "Ook als naasten een andere geaardheid hebben", aldus Van den Berge. Maar dat betekende niet dat de SGP het Regenboogakkoord ondertekende, want die "staat haaks op onze levensovertuiging."
Ook Christine Govaert van de BBB liet er geen misverstand over bestaan. "Het Regenboogakkoord wordt ons landelijk door de strot geduwd." Ze wees erop dat sommige Zeeuwse gemeenten een eigen tempo hebben in de acceptatie van homoseksualiteit.

"Als je het Regenboogakkoord niet ondertekent, dan ben je tegen ons. Zo voelt het. Dat stuit ons tegen de borst", zei Govaert.
Pamflet voor slachtofferschap
Martin Bos van het FVD, nooit vies van een stevige uitspraak, noemde het Regenboogakkoord 'een pamflet om slachtofferschap te cultiveren'. Sowieso vond hij het geen goed idee 'om acceptatie af te dwingen met een akkoord'.
Verder kon hij goed aanvoelen wat de doelgroep meemaakt aan discriminatie, want het viel ook niet mee om als FVD- of PVV-sympathisant uit de kast te komen...
Zelfdoding en fysiek geweld
Marianne Reinders-Stijnman van de VVD hield een uitgebreid en warm betoog over de stress en de spanningen die de roze gemeenschap meemaakt. Zelfdodingen komen binnen deze groep 4,5 keer zo vaak voor, voerde zij aan. Ook hebben homo's, lesbiennes en transgenders veel vaker dan anderen te maken met fysiek geweld.
Toch verklaarde ze na dit pleidooi koeltjes: "Een Regenboogakkoord is niet nodig. Wel een kritische houding op eigen vooroordelen en gedrag."
Regenboogakkoord
Het Regenboogakkoord stelt dat je niet mag discrimineren op basis van seksuele geaardheid. Bovendien onderschrijven ondertekenaars dat er een actief emancipatiebeleid komt voor de lhbtiq+-gemeenschap. Eerder stelde het Zeeuwse provinciebestuur dat het ondertekenen van het Regenboogakkoord niet nodig is. In Nederland hebben negen van de twaalf provincies het akkoord wél ondertekend.
Moties
Vandaag werden er twee moties op dit gebied ingediend. De eerste riep op om het Regenboogakkoord toch te ondertekenen. In de tweede werd het provinciebestuur gevraagd actief deel te nemen aan de Gender and Sexuality Alliance op scholen. Beide moties haalden het niet.
Andere tegenstemmers zoals het CDA, de PVZ en de PVV beriepen zich op Artikel 1 van de Grondwet. Dat moet toereikend zijn om discriminatie van lhbtiq+'ers tegen te gaan, vinden de partijen. Zeker sinds de wijziging van dit eerste Grondwetsartikel in februari van dit jaar. Expliciet wordt nu vermeld dat discriminatie wegens seksuele gerichtheid niet is toegestaan.

"Artikel 1 van de grondwet in de volle breedte pakken", noemde Lizo Koppejan van de CU dat. Koppejan was geraakt door 'kwetsbaarheid van de doelgroep' en als docent kwam hij met een gevoelig praktijkvoorbeeld van een oud-leerlinge die nu een man is. Maar ondertekening van het Regenboogakkoord was voor de CU toch een stap te ver.
'Stel je voor: je komt als homo uit de kast'
De indieners van de moties D66, PvdA-GL, SP en PVDD deden hun best om andere partijen mee te krijgen. Wouter Versluijs van D66 zei: "Stel je eens voor dat je uit de kast komt. Alle mensen om je heen reageren neutraal tot positief. Niemand kijkt je vreemd aan. Dan is er geen Regenboogakkoord nodig. Helaas is dat voor een groot deel van de regenbooggemeenschap niet vanzelfsprekend." Hij riep op om de gemeenschap een extra steuntje in de rug te geven.
Dat steuntje kwam er dus niet. Beide moties werden met 27 tegen acht stemmen verworpen.