Vier gemeenten in gesprek met de provincie: niet voor alle statushouders een huis
Vier Zeeuwse gemeenten moeten in gesprek met de provincie over de huisvesting van statushouders. De gemeenten konden in de eerste helft van 2023 niet genoeg statushouders huisvesten en daarmee niet aan de opdracht van het Rijk voldoen. Het gaat om de gemeenten Schouwen-Duiveland, Terneuzen, Veere en Vlissingen. De provincie gaat samen met de gemeenten kijken waar de knelpunten zitten.

In de eerste zes maanden van dit jaar moesten er meer dan 400 asielzoekers met een verblijfsvergunning aan een woning geholpen worden in onze provincie. Dat waren er 170 meer dan in de eerste helft van 2022. Volgens de provincie was dit te wijten aan de hoge asielinstroom waardoor de opvangcentra vol kwamen te zitten en er meer noodzaak was tot uitstroom.
Negen gemeenten kampen met tekort
De Zeeuwse gemeenten wisten ruim 300 statushouders onder te brengen, maar in negen gemeenten lukte dat niet. Het ging in totaal om het huisvesten van 64 statushouders dat niet lukte. Kapelle, Noord-Beveland en Reimerswaal haalden hun quota, de rest van de gemeenten niet.

Maar voor Schouwen-Duiveland, Terneuzen, Veere en Vlissingen is extra aandacht nodig vanuit de provincie. In deze gemeenten varieerde de achterstand van het huisvesten van vier tot zeven statushouders.
Wanneer een gemeente niet binnen afzienbare tijd de achterstand weet in te halen kan Provincie Zeeland gaan ingrijpen. "Daar gaat wel langere tijd overheen voordat we dat doen", legt gedeputeerde Dick van der Velde uit, "We doen dat in zes stappen, en deze gemeenten staan nog maar op trede twee."
Voor de andere vijf gemeenten geldt dat de provincie geen stappen onderneemt omdat de tekorten op één of andere manier op korte termijn konden worden opgelost.
Meer gehuisvest in de tweede helft van het jaar
Een uiterste consequentie zou kunnen zijn dat statushouders in bijvoorbeeld een hotel geplaatst zouden worden, op aanwijzing van de provincie, en dat een gemeente daarvoor zou moeten betalen. Maar volgens Van der Velde is daar nu nog geen sprake van: "Ik heb begrepen dat in de tweede helft van dit jaar er al het één en ander is ingelopen."