'Ook de mannen van hout verdienen erkenning'

'Ook de mannen van hout verdienen erkenning'
VLISSINGEN -
In de hoogtijdagen van de timmerfabriek werkten er dagelijks zo'n vijfhonderd zogenaamde scheepsbeschieters in de timmerfabriek. Zij maakten de interieurs voor de grote zeeschepen, van de lambrisering tot de stoelen in de eetzalen, van de kooien tot de ladekasten. In de beginjaren waren de meubels vooral bestemd voor de grote passagiersschepen, later voor de koopvaardij- en marineschepen. In 2000 vertrokken de laatste werknemers uit de timmerfabriek.

Verzet

In archieven heeft Jo de Ridder veel protesten tegen de komst van de timmerfabriek in 1914 ontdekt. De uitbater van het naastgelegen hotel en de bewoner van het naastgelegen herenhuis maakten veel bezwaar, tot aan de Raad van State toe. Uiteindelijk heeft de hele woonwijk plaats moeten maken voor De Schelde. De economische belangen voor Vlissingen waren te groot.
Het boek Van timmerwinkel tot stadsmonument verschijnt vrijdag 9 december.